Op 10 mei verwelkomde NRV een groep bezoekers uit een heleboel Belgische steden, die toch één ding gemeenschappelijk hadden: ze waren allemaal sociaal geëngageerd binnen de katholieke traditie – medewerkers van bisdommen en solidariteitsorganisaties. Iedereen was uitgenodigd voor een NRV vormingsvoormiddag draaiend om de vragen: “Wie is mijn tegenhanger bij andere religieuze en levensbeschouwelijke gemeenschappen? Wie is die collega van die andere geloofstraditie die net zo gedreven werkt voor solidariteit als ik?”

Gedurende een halve dag zaten drie levensbeschouwingen samen rond de tafel. Het werd een boeiende uitwisseling waarbij een waaier vragen werden beantwoord. Bestaat er binnen de vrijzinnigheid, de Islam,… ook zoiets als een diaconiemedewerker, pastoraal werker of diaken? Hoe wordt er in die andere tradities gewerkt aan een meer solidaire samenleving?

 

De vele gezichten van solidariteit

De spits werd afgebeten door Johan Vrints, stafmedewerker interlevensbeschouwelijke competenties bij ORBIT, die een inleiding gaf over de diverse vormen van sociale inzet die we vinden bij de verschillende religies en levensbeschouwingen in België.

Hoe begint solidariteit? Vrints gaf aan dat solidariteit steeds ontspringt aan een universele menselijke gevoeligheid: ik zie iets gebeuren – mijn hart breekt – ik wil mij engageren. Het verlangen onrecht te keren, zit sterk ingebakken in ons universeel-menselijk cultureel DNA. Het is dus geen verrassing dat solidariteit met de medemens als een constante opduikt in religies en levensbeschouwingen wereldwijd.

“In het christendom is doorheen de eeuwen heel duidelijk vastgelegd wie in de gemeenschap sociaal geëngageerd is. Pastoraal werker, diaconiemedewerker, diaken,… zijn formeel vastgelegde rollen. In andere religies zijn zo’n engagementen vaak een stuk informeler georganiseerd, maar worden daarom niet minder gewaardeerd.” – Johan Vrints, stafmedewerker interlevensbeschouwelijke competenties ORBIT

moskeelamp kleinBronnen van religieus geïnspireerd sociaal engagement zijn de heilige teksten en eeuwenlang opgebouwde tradities. Het soort solidariteit met de medemens waarmee wij in 21ste eeuws België vertrouwd zijn, heeft haar diepe wortels in de joodse Thora en de georganiseerde diaconie ontwikkelt door bisschoppen in Anatolië in de 3e-4e eeuw: “Help de armen, de weduwen, de wezen”.

In dit plaatje past ook de Islam, die op dezelfde religieuze wortels teruggaat. Vrints projecteerde een foto van een lamp die dag en nacht brandt aan de buitenmuur van een moskee. Dit is een vorm van islamitische liefdadigheid. De profeet Mohammed legde namelijk twee werken van barmhartigheid op aan zijn volgelingen: de dorstigen laven en nachtelijke reizigers licht geven, zodat ze niet zouden verdwalen. 

 

Verrassende vormen van solidariteit

zenpeacemakers kleinVeel foto’s van solidariteitsacties die geprojecteerd werden, waren vlot herkenbaar voor de deelnemers. De Antwerpse joodse ambulance, Sikhs die levensmiddelen verzamelen voor Oekraïense vluchtelingen, Hare Krishna’s die maaltijden koken voor minderbedeelden,... Eén foto was lastiger te plaatsen. Het bleken zenboeddhisten te zijn, die mediteren op een herdenkingsplaats voor de slachtoffers van het Auschwitz concentratiekamp om de opgehoopte pijn van de slachtoffers te helpen verlossen.

“Wanneer we uit de abrahamitische traditie stappen wordt solidariteit iets heel anders”, benadrukte Vrints. “We moeten open zijn voor andere vormen van solidariteitsuitdrukking”. In het hindoeïsme en boeddhisme staan niet de zeven werken van barmhartigheid voorop, maar wel de spirituele barmhartigheid: hoe kan ik mijn medemens helpen de verlichting te bereiken? Het sterfelijk leven is daarbij minder relevant – versterving en armoede worden in deze tradities juist als zeer hoog ideaal bejubeld. Een andere invalshoek op solidariteit dan wij gewend zijn.

Na deze eerste blik op sociaal engagement bij verschillende tradities, konden de deelnemers aanschuiven bij twee getuigentafels. Hier konden ze kennismaken met hun collega’s uit de vrijzinnigheid en de Islam.

 

Vrijzinnigheid: eerbied voor de zelfbeschikking van de mens

Jan Van den Brande en Vincent Declercq, alletwee moreel consulenten bij HuisvandeMens, staken van wal met een kostbaar goed in het humanisme: het autonomiebeginsel. Mensen moeten vorm kunnen geven aan het eigen leven. Iedereen heeft het recht zich volgens eigen levensinzichten te ontwikkelen zonder inmenging van een externe autoriteit: noch door een god, noch door een ideologie.

Jan Van den Brande kwalificeerde dit graag: “Humanisme heeft lange tijd té exclusief nadruk gelegd op het autonomiebeginsel. We hebben onze levensbeschouwing een stukje moeten bijwerken in functie van ecologische inzichten. Vandaag zegt het humanisme dat we daarnaast deel zijn van een levensweb: dat mensen behoeftige wezens zijn, afhankelijk van anderen”.

“Mensen moeten de regie kunnen nemen over hun eigen leven – de kans krijgen zich te ontplooien. Onze beweegreden om aan solidariteitsacties te doen is dat mensen in levensomstandigheden terecht kunnen komen die dat onmogelijk maken. Iedereen heeft het recht een levenswaardig leven op te bouwen.” – Vincent Declercq, vrijzinnig humanistisch consulent

Alle erkende levensbeschouwingen in Belgie hebben een presentie in ziekenhuizen, gevangenissen,… In het humanisme heten zulke solidariteitswerkers ‘moreel consulenten’. “Onshuisvandemens klein werk is divers”, stipte Vincent Declercq aan. “We organiseren ook studiedagen en fora rond bepaalde thema’s waarop iedereen uitgenodigd is die zich daardoor geëngageerd voelt – de levensbeschouwing van de bezoekers doet er voor ons niet toe. Wat ons speciaal aan het hart gaat, is dat iemand veilig mens kan zijn. Zo hebben we een tijd een veilige ontmoetingsruimte gecreëerd voor holebi moslimjongeren, die met hun geaardheid niet veilig in hun gemeenschap terecht konden.”

Het recht van mensen om hun gekozen levensbeschouwing uit te oefenen, wordt in het vrijzinnig humanisme verdedigd. De visie daarbij is dat één levensbeschouwing zich niet mag opleggen aan de ganse samenleving. “Het is daarnaast belangrijk om je niet op te sluiten in je eigen levensbeschouwelijke gemeenschap. Levensbeschouwingen moeten het vermogen behouden hun eigen grenzen te overschrijden”.

 

Islam: gedragen door de hele gemeenschap

Sinem Cakir, begeleidster dialooguitbouw moslims-christenen bij ORBIT en zelf moslima, belichtte in haar getuigenis dat zorg voor het welzijn van anderen cruciaal is in de Islam. Islam is groepsbeleving: het leven als monnik wordt niet geprofileerd, inzet voor de gemeenschap primeert. Opkomen voor de zwakkeren is daarbij heel belangrijk: traditioneel de ouderen, zieken en wezen”.

Die gevoeligheid voor maatschappelijk welzijn heeft in de Islam traditionele vormen gekregen. “De meeste Belgen hebben wel gehoord van de zakat: de aalmoezen aan de armen. Dit is voor elke moslim verplicht. Zakat is materieel, vaak gegeven in de vorm van geld. Het kan ook via organisaties. Maar daarnaast is er ook de plicht van de sadakat. Dat is immaterieel: sociaal zijn, vriendelijkheid, anderen helpen, zoiets simpels als glimlachen naar mensen. Dingen die je op elk moment kan doen. Mijn werk bij ORBIT zie ik als een vorm van sadakat, omdat interreligieuze dialoog goed is voor de samenleving.”

“Een moslim die zich enkel toelegt op zijn individuele religieuze plichten en daarop een perfecte score haalt, komt slechts met hakken over de sloot in de hemel. Moslim-zijn gaat voor de helft over je sociale engagement: geef je zakat? Ga je bij zieke mensen op bezoek?” – Sinem Cakir, begeleidster dialooguitbouw moslims-christenen ORBIT

sinem kleinIn de Islam is het vanzelfsprekend dat als je iets of iemand nodig hebt, je daarvoor in de moskee terechtkan. “Vooral de eerste generatie moslims hebben sterk die reflex. Ze zijn sterk gebonden aan de gemeenschap. De jongeren hebben een lossere verhouding daarmee”. In een moskee vind je verschillende werkingen, uitgesplitst in mannen-, vrouwen- en kinderwerking. Samen thee drinken na het gebed, samen bidden voor zieke kinderen, kledij inzamelen, lezingen over opvoeding- en relatieproblemen (waarop psychologen worden uitgenodigd), … Ook financiële bedragen inzamelen voor elkaar (bv. voor de hogere studie van kinderen) is belangrijk in de moskee.

De manier waarop dat gebeurt is minder formeel dan in parochies. “Het is een heel organisch gebeuren. Vrijwilligers zoeken vrijwilligers, je kan aangesproken worden door de voorzitter van de moskee. Als je ergens hulp mee zoekt, moet je eerst even vragen wie dat doet – er is niet zoiets equivalent met een parochieassistent of diaken. In heel grote moskeeën heb je een formele organisatie nodig, maar hier in België zijn de moskeeën niet zo groot, je kan het informeel houden”.

 

Leren van elkaar

Na de getuigentafels volgde een half uur plenaire dialoog, waarvoor deelnemers en getuigen zich opnieuw schaarden rond één tafel. Opvolgvragen bij de getuigenissen werden beantwoord, levensbeschouwelijke visies werden naast elkaar gelegd. Eén treffend inzicht dat klonk:Niemand hoeft solidariteit te ‘verdienen’. Het maakt niet uit welke levensbeschouwing je hebt. Je bent mens en je hebt daarom recht op solidariteit – dat verenigt ons allen hier rond de tafel”.

De tijd was duidelijk té kort om alle interessante thema’s naar believen uit te spitten, omdat de deelnemers eraan herinnerd moesten worden dat de lunchtijd eigenlijk aangebroken was… tijdens de lunch gingen de gesprekken tussen deelnemers en getuigen gewoon door.

In het najaar van 2023 staat een nieuwe NRV vormingsvoormiddag op stapel. Het thema is op dit ogenblik in voorbereiding. Het enthousiasme van de deelnemers tijdens deze eerste editie was in ieder geval aanstekelijk, we kijken al uit naar de volgende keer!