Een rechtvaardige samenleving: dat wil iedereen wel. Maar wanneer we samen beginnen uitwerken hoe zo’n samenleving eruit moet zien, botsen we snel op verschillende meningen.
Blijkbaar circuleren er toch meer verschillende opvattingen over rechtvaardigheid dan we denken. Hiermee moeten we rekening houden wanneer we stappen willen zetten naar een rechtvaardigere samenleving, als burgers die leven in een superdiverse samenleving.
Deze thema’s stonden op het programma van de NRV werkwinkel “Samen voor welke rechtvaardigheid?” op 20 maart. Dries Ver Elst (UAntwerpen) was daarbij onze gids.
Dries kent de finesses van het Vlaams levensbeschouwelijk landschap omdat hij onderzoeker was voor het SOLIGION project, dat vier jaar liep. In dat kader interviewde hij 142 mensen over hun visie op wat een samenleving rechtvaardig maakt.
Wat bedoelen we als we het over rechtvaardigheid hebben?
Als opwarmer legt Dries ons de twee vragen voor die hij gebruikte in 142 interviews: Wat maakt volgens jou een samenleving rechtvaardig? En wat is er voor nodig om de samenleving waarin we leven, rechtvaardiger te maken?
Verschillende antwoorden kwamen uit de bus:
|
Verrassende visies op rechtvaardigheid
Deze visies liggen misschien voor de hand. De 142 mensen die Dries interviewde vertolkten gelijkaardige visies op rechtvaardigheid, maar vertelden ook zaken die vreemd kunnen klinken (de namen van de geïnterviewden zijn fictief):
|
In de loop van zijn interviews stelde Dries vast dat mensen met rechtvaardigheid telkens iets anders bedoelen. Mensen denken dat ze over hetzelfde vertellen, maar dat is niet zo. Anders gezegd: ‘rechtvaardigheid’ functioneert als een containerbegrip.
Wat mensen rechtvaardig vinden, blijkt bovendien te overlappen met hoe ze in het leven staan, wat ze goed en fout vinden – hun levensbeschouwing (of religie). Uit de interviews valt te leren dat mensen dit niet altijd doorhebben: ze zien de link tussen hun visie op de rechtvaardige samenleving en hun (persoonlijke) levensbeschouwing niet.
Hoe kunnen we dan samenleven en samenwerken?
Als ‘rechtvaardigheid’ een containerbegrip is, hoe kunnen we dan nog samen stappen zetten naar een rechtvaardigere samenleving? Of wordt dit onhaalbaar? Een essentiële vraag voor burgers die leven in een superdiverse samenleving.
Een korte terugblik op de Belgische geschiedenis kan interessant zijn. Bij de stichting van België stonden katholieken en liberalen frontaal tegenover elkaar. De oplossing werd gevonden in de verzuiling van de samenleving. Deze structuur bestaat vandaag nog steeds: verzuilde instellingen (mutualiteiten, politieke partijen,…) vervullen een belangrijke rol als dienstverlener en gesprekspartner van de overheid.
Desalniettemin is de Belgische samenleving in transitie. De zuilen vertegenwoordigen niet meer de grote groepen in de samenleving. Tegelijkertijd is levensbeschouwing opnieuw een eigentijds thema geworden – een politiek gevoelig thema (zie bv. het hoofddoekendebat).
Welke rol kunnen verschillende levensbeschouwingen vandaag spelen in het vormgeven van onze samenleving? Welke eigentijdse koers kunnen zij hierbij inslaan? Dit was een derde vraag die Dries voorlegde aan 142 geïnterviewden. Vier grote antwoorden kwamen daarbij naar voren:
|
Dries stelde zelf een vijfde aanpak voor, die je zelden ziet: een dialoog aangaan waarin we beiden duidelijk vertellen wat we denken, en op zoek gaan naar raakvlakken. Dat is de benadering van het SOLIGION onderzoek.
Universele bouwstenen van rechtvaardigheid
Om die aanpak te faciliteren, stelt Dries een academisch instrument voor. Een instrument dat ons kan helpen elkaars visie op rechtvaardigheid te doorgronden, en te ontdekken wat raakvlakken tussen onze verschillende opvattingen kunnen zijn. De grondgedachte hierbij is dat je in alle opvattingen over rechtvaardigheid een aantal universele bouwstenen vindt:
- Tekorten? Een onderdeel van de samenleving (iets of iemand) wordt beoordeeld als onrechtvaardig.
- Verwachtingen/eisen? Er wordt verwacht/geëist dat een groep in de samenleving iets doet voor een andere groep.
- Info? Men beroept zich op specifieke gegevens om de onrechtvaardigheid van de samenleving te meten.
- Middelen? Welke middelen we kunnen/moeten gebruiken om de samenleving rechtvaardiger te maken.
Raakvlakken vinden: een voorbeeld
Hoe kan het zoeken naar universele bouwstenen ons helpen, bij het zoeken van raakvlakken tussen onze verschillende ideeën over rechtvaardigheid? Wel, stel je een zoekend gesprek voor tussen twee personen met uiteenlopende opvattingen:
- “Het woonbeleid… en niet alleen lokaal, maar ook Vlaams, dat zit echt niet goed, dat is echt een probleem. Er zijn veel te weinig sociale huisvestingen” (Nathalie, rooms-katholiek christen).
- “Allah heeft alles in harmonie geschapen en ons de Islam als stuur gegeven, “hij weet alles en jullie niet”, dus hij weet wat het best is voor ons” (Bilaal, moslim).
Verwachtingen/tekorten: De zoektocht naar raakvlakken is in eerste instantie een grote puzzel. Zijn ze er wel? Voor de christen is het Belgische woonbeleid onrechtvaardig. Voor de moslim komt het erop aan dat het stuur van de Islam gevolgd wordt: doen mensen dat niet, dan wordt de samenleving onvermijdelijk onrechtvaardig.
Beiden kunnen elkaar vinden in de opvatting dat het onrechtvaardig is wanneer de rijken – de mensen die hebben – niet willen delen met minder begoede mensen. De christen verwacht/eist dat beleidsmakers (die aan de top staan van de samenleving) ervoor zorgen dat de minder begoeden in fatsoenlijke woningen kunnen wonen.
Een kwestie van eerlijke verdeling van beleidsmiddelen! De moslim herkent zich hierin: één van de principes van Islam is de zakat: de verwachting/eis is dat rijken delen met degenen die minder hebben. Islamitisch gezien is het Belgische woonbeleid onrechtvaardig: beleidsmakers moeten garanderen dat staatsmiddelen bij minder begoeden terechtkomen.
Info: Het kan voor de gesprekspartners heel verhelderend zijn samen te ontdekken op welke informatie ze zich eigenlijk baseren, wanneer ze zeggen dat de samenleving tekort schiet.
Wat de christen ziet is dat mensen in lagere inkomensgroepen geen fatsoenlijke woning kunnen vinden binnen hun budget: de huizen die ze zich kunnen veroorloven zijn erbarmelijk, óf de hoge huurprijzen die ze moeten betalen putten hun financiën uit. En de wachtlijsten voor sociale woningen zijn ellenlang omdat de overheid onvoldoende investeert in sociale woningbouw…
Wat de moslim ziet is minder makkelijk af te leiden uit zijn uitspraak. Zijn visie is in ieder geval dat de samenleving stuurloos geraakt zonder de harmoniserende principes van de Islam. Waar moslims om zich heen kijken zien ze vaak egoïsme: dat mensen op straat moeten slapen, financieel niet rondkomen, in ongezonde woningen moeten leven, eenzaam zijn,… komt omdat deze mensen aan hun lot worden overgelaten, en dat is niet juist. De correcte situatie is dat alle burgers hun sociale burgerplichten vervullen en deze mensen geholpen worden.
Onze gesprekspartners kunnen elkaar vinden in de observatie dat er zwakkere bevolkingsgroepen zijn die door het beleid en hun medemensen in de steek worden gelaten, en dat is een schande.
Middelen: Kunnen onze gesprekspartners elkaar vinden in hun ideeën over wat de juiste middelen zijn om de samenleving rechtvaardiger te maken?
De christen denkt dat het woonbeleid dringend moet veranderen, en dat daarom druk moet worden gezet op beleidsmakers. Dat kan door protest, (straat)acties van het publiek voor een sociaal woonbeleid, lobbywerk, weloverwogen keuzes op je stemformulier,…
De moslim denkt dat er dringend behoefte is aan het ernstig nemen van burgerplichten. Wanneer wijkbewoners zich het lot van hun buren beginnen aantrekken, kan er stapsgewijs komaf gemaakt worden met heel wat miserie. Buurtbewoners moeten bv. meer lokale buurtwerkingen opzetten, dit zal wijkbewoners samenbrengen rond solidaire doelen.
Ook al zoeken onze gesprekspartners de oplossingen op verschillende echelons van de samenleving, toch kunnen ze het er eens over zijn dat het oppakken van een grotere verantwoordelijkheidszin in alle lagen van de bevolking een belangrijke stap voorwaarts is naar een betere samenleving.
|
Tot slot
Een rechtvaardige samenleving: dat wil iedereen wel! Maar we botsen snel op levensbeschouwelijke perspectieven op deze vragen. Hiermee moeten we rekening houden in een superdiverse samenleving.
Zoeken naar universele bouwstenen van rechtvaardigheid is een vruchtbare gespreksstrategie om te vermijden dat we langs elkaar heen beginnen praten. Voor ons – buren in de superdiverse samenleving – komt het er allereerst op aan elkaars opvattingen te leren begrijpen. Uit dit begrijpen kan waardering en positieve samenwerking groeien.