Op 5 april 2025 sloegen de Werkgroep Detentie van het Netwerk Rechtvaardigheid en Vrede en House of Compassion de handen in elkaar om de opsluiting van asielzoekers zonder verblijfsvergunning in Belgische detentiecentra onder de aandacht te brengen.
Een diverse groep bezoekers zakte hiervoor ’s morgens af naar de fraaie Brusselse Begijnhofkerk.
Diverse vragen kwamen tijdens deze conferentie aan bod:
- Welke mensen zijn opgesloten in administratieve detentiecentra in België? Wat is hun concrete situatie?
- Verlopen de asielprocedures op een eerlijke manier? Is iedereen werkelijk gelijk voor de wet in België?
- Voert de detentie van asielzoekers tot vruchtbare resultaten? Of is het een achterhaald systeem dat dringend herzien moet worden?
Een panel boeiende sprekers boog zich over deze vragen en hield het publiek een – vaak onthutsende – spiegel van hun (gast)land voor.
Opsluiten als reflex?
Staf Peeters, coördinator van het Netwerk Rechtvaardigheid en Vrede (NRV), beet de spits af: waarom is het belangrijk aandacht te hebben voor de opsluiting van asielzoekers in ons land? Allereerst omdat dit een tendens in onze samenleving blootlegt: mensen opsluiten is een standaardoplossing aan het worden in België. 

Onze samenleving weet niet wat te doen met verschillende groepen mensen: hun aanwezigheid op Belgisch bodem wordt als een “probleem” gezien. Asielzoekers zijn in de ogen van de Belgische overheid één van deze “problematische” groepen.
Qua beleid faalt België tegenover deze mensen: een deel van hen moet op straat slapen, of ze worden opgepakt en in administratieve detentiecentra opgesloten. Nochtans weten we dat er elke dag mensen zijn die hun land voor onbetwistbare redenen verlaten: ze vluchten voor oorlog, geweldpleging, politieke onderdrukking of catastrofale klimaatverandering.
De zoektocht naar een beter leven is volstrekt verdedigbaar – er is niets “crimineels” aan.
Jubeljaar 2025
Staf Peeters zette de detentie van asielzoekers in een nieuw licht, door dit in verbinding te brengen met het Jubeljaar van de katholieke Kerk in 2025. De “werkgroep detentie” van NRV werkt bewust in de geest van dit wereldwijde event.
Als spirituele grondslag van dit Jubeljaar koos paus Franciscus: de herbronning van de kracht van de hoop, op alle terreinen in de samenleving. Daarbij ziet hij een bijzondere taak weggelegd voor christenen én alle mensen van goede wil: het stellen van tastbare “tekenen van hoop” voor kwetsbare, gemarginaliseerde – en niet zelden verguisde – groepen.
Daarmee boort de paus een oude, maar zeer betekenisvolle, Bijbelse traditie opnieuw aan.
In Leviticus 25 lezen we dat God het volk Israël de opdracht gaf elk vijftigste jaar een heilig jaar van kwijtschelding te maken.
In deze jaren kreeg iedereen een nieuwe kans: schulden werden kwijtgescholden, gevangen werden vrijgelaten,... Alle inwoners van het land werden gereïntegreerd in de samenleving.
Inderdaad een heel andere kijk op wat met opgesloten mensen (asielzoekers, gevangenen,…) moet worden “gedaan”!
Vergeet nooit dat het gaat om mensen
Allerlei problemen in de samenleving verbergen achter hekkens en muren, blijkt zelden een goede oplossing te zijn. Bovendien riskeren we daarbij te vergeten dat het ménsen zijn die we opsluiten. Medemensen telkens weer opsluiten kan nooit een toekomstgerichte oplossing zijn.
Wat vluchtelingen, en wijzelf, dit Jubeljaar het meeste nodig hebben is hoop, “als een verlangen en een verwachting van het goede, zelfs als de toekomst onzeker is” (paus Franciscus).
Koerdisch kunnen zijn
Zana Hanafi (25) gaf een indrukwekkende getuigenis over haar jarenlange zoektocht naar een veilig thuisland. Zana behoort tot de Koerdische bevolkingsgroep, en werd daardoor slachtoffer van vervolging, discriminatie en geweld. Haar getuigenis lees je hier.

Vandaag is ze studente in België, doet vrijwilligerswerk bij JRS Belgium, en heeft haar roeping gevonden als mensenrechtenactiviste.
Vanuit haar eigen ervaringen pleit Zana speciaal voor kinderrechten, vrouwenrechten en asielrechten. Ze hoopt dat getuigenissen van mensen zoals haarzelf, Belgische burgers ervan bewust maken wát het betekent voor mensen om opgesloten te worden in detentiecentra.
Belgisch asielbeleid schiet tekort
Hoe scoort het Belgische asielbeleid op het beschermen van de meest kwetsbare vluchtelingen? Volgens Francine Esther Kouablan, directeur van MRAX (Mouvement contre le Racisme, l’Antisémitisme et la Xénophobie) is de huidige toestand ronduit alarmerend. Belgische beleidsmakers gaan zo ver dat ze nieuwe motieven uitvinden om asielzoekers het land uit sturen.
Als geaccrediteerde organisatie kan MRAX bezoek brengen aan gesloten centra om te kijken hoe het met de mensen daar gesteld is. Vaak kunnen asielzoekers geen beroep doen op goede advocaten, MRAX kan dan tussenbeide komen.
Tragische voorbeelden
Waarom mensen die schrijnende situaties ontvluchten toch door de Belgische staat gerepatrieerd worden, is moeilijk te begrijpen.
Voorbeelden die Esther gaf, zijn:
- Vrouwen die hun land verlaten om te ontsnappen aan gedwongen huwelijken. Nog steeds veel besproken is de zaak van Semira Adamu. In 1998 werd zij op een vlucht terug gezet. Toen ze zich in het vliegtuig hevig verzette, probeerden twee rijkswachters haar met een kussen in bedwang te houden, waarbij ze verstikte.
- In België worden niet-begeleide minderjarige vluchtelingen niet in detentiecentra opgesloten. Maar ze worden slachtoffer van een oneerlijk beleid: hun asielprocedure wordt lopende gehouden tot ze meerderjarig zijn, waarna ze negatief antwoord krijgen en worden teruggestuurd.
- Vrouwen met kinderen die vluchten voor fysiek geweld, die gerepatrieerd worden omdat ze tot een etnische groep behoren die voor het asielbeleid geen prioriteit is.
- Tragisch zijn de dossiers van jonge vluchtelingen die kandidaat zijn om aan Belgische universiteiten te studeren. Ze krijgen een snelle test voorgeschoteld waarin ze niet slagen, omdat ze nog niet over de nodige culturele bagage beschikken. Ze krijgen het verdict “niet intelligent genoeg om in België te studeren” en verliezen hun studentenvisum.
Wanneer asielzoekers in België arriveren, krijgen ze vaak niet de nodige info om organisaties zoals MRAX te contacteren. Dit alles roept vragen op bij het verklaarde “democratische” en “vrije” karakter van de Belgische samenleving: democratisch en vrij voor wie?
De kant van vluchtelingen kiezen
Ruben Bruynooghe bracht twee interessante perspectieven op administratieve detentiecentra binnen. Enerzijds is hij bij JRS Belgium coördinator van het team van bezoekers aan detentiecentra. Anderzijds is hij advocaat van opleiding. 

JRS wil asielzoekers in Belgische detentiecentra begeleiden. Helaas blijkt dat er in deze centra weinig mogelijkheden zijn om mensen te helpen. Daarom zet JRS in op mensen helpen een netwerk te bouwen waarop ze kunnen terugvallen, en het contact met hun advocaat te versterken.
Eerst opsluiten, dan opvolgen: een foute volgorde
Als advocaat zoekt Ruben naar antwoorden op de vraag waarom detentie in ons land zo georganiseerd wordt en hoe de procedures lopen. Wat hij waarneemt is dat er een kwalijke reflex is ontwikkeld om mensen eerst in detentie te stoppen, en pas dán te kijken wat hun situatie is en welke rechten ze hebben.
Daarbij wordt de psychologische impact van opgesloten zijn schromelijk onderschat. Wie drie dagen in detentie terecht komt – vaak is het voor de opgeslotene niet eens duidelijk hoe lang zij of hij daar moet zitten – draagt daarvan levenslang littekens mee.
We moeten evolueren naar een systeem waar detentie zo weinig mogelijk gebruikt wordt, waar opsluiten de allerlaatste maatregel is.
Respect voor mensenrechten is het teken van een samenleving waar mededogen wordt getoond aan mensen. De conclusie van Ruben is, dat het opsluiten van asielzoekers niet te verzoenen is met een samenleving waar mededogen straalt. Als we consistent zijn, moeten we uitzoeken hoe we een migratiebeleid kunnen voeren waar detentie niet nodig is.
De hoop geeft ons vleugels
Eén van de bezoekers aan deze conferentie was Monseigneur Luc Terlinden, die kort het woord nam.
De aartsbisschop bracht in hoe belangrijk het is, dat we ons in een Jubeljaar van hoop bevinden. De profeet Jesaja zei reeds dat de hoop ons vleugels geeft, de kracht om door te zetten. Niemand mag verstoken blijven van hoop – precies daarom is het zo belangrijk dat opgesloten mensen tastbare tekenen van hoop krijgen.
“De getuigenissen van vandaag moeten ons aanzetten om tot handelen over te gaan”, besloot Monseigneur Terlinden.
“We moeten begrijpen dat vluchtelingen in gesloten centra onze broeders en zusters zijn.”
Zoals steeds in House of Compassion, stond na de laatste bijdrage een tafel klaar in het midden van de Begijnhofkerk, gedekt met een middagmaal voor alle sprekers en bezoekers.
Elke eerste zaterdag van de maand, vindt in de Begijnhofkerk, House of Compassion een conferentie plaats. De activiteiten vind je hier.
