In de aanloop naar de Scheppingsperiode en de wereldgebedsdag voor de zorg voor de schepping, stuurt paus Franciscus een krachtige boodschap de wereld in.
Hij moedigt ons aan om opnieuw te bidden in 'de grootse kathedraal van de schepping'. Aan de wereldleiders vraagt hij dringende daden, zowel op klimaattop als op de biodiversiteitstop die beide in het najaar door de VN worden georganiseerd. En de industrie roept hij toe, "te stoppen met het vernietigen van bossen, wetlands en bergen, om te stoppen met het vervuilen van rivieren en zeeën, om te stoppen met het vergiftigen van voedsel en mensen".
Lees hieronder de vertaalde tekst:
1 september 2022
Beste broeders en zusters!
"Luister naar de stem van de schepping" is het thema en de uitnodiging voor de scheppingsperiode dit jaar. Dit oecumenisch initiatief start op 1 september met de Wereldgebedsdag voor de zorg voor de schepping en eindigt op 4 oktober met het feest van Sint Franciscus. Het is een bijzondere tijd voor alle christenen om te bidden en samen te werken aan de zorg voor ons gemeenschappelijk huis. Oorspronkelijk geïnspireerd door het Oecumenisch Patriarchaat van Constantinopel, is dit seizoen een kans om onze "ecologische bekering" te cultiveren, een bekering aangemoedigd door Sint Johannes Paulus II als reactie op de "ecologische catastrofe" die door Sint Paulus VI in 1970 werd voorspeld.
Als we leren hoe te luisteren, kunnen we in de stem van de schepping een soort dissonantie horen. Aan de ene kant kunnen we een verrukkelijk lied horen ter ere van onze geliefde Schepper; aan de andere kant een gekweld pleidooi, huilend over onze mishandeling van dit gemeenschappelijke huis.
Het lieflijke lied van de schepping nodigt ons uit om een “ecologische spiritualiteit” te beoefenen ( Laudato Si' , 216), met aandacht voor Gods aanwezigheid in de natuurlijke wereld. Het is een oproep om onze spiritualiteit te baseren op het “liefdevol besef dat we niet losgekoppeld zijn van de rest van de schepselen, maar verenigd zijn in een schitterende universele gemeenschap” (ibid., 220).
Voor de volgelingen van Christus in het bijzonder, versterkt deze heldere ervaring ons besef dat “alle dingen door hem zijn ontstaan en zonder hem niet één ding” ( Joh 1,3 ). In deze periode van de Schepping bidden we nogmaals in de grootse kathedraal van de schepping en genieten we van het "groot kosmisch koor" samengesteld uit talloze wezens, die allemaal de lof van God zingen. Laten we samen met Sint Franciscus van Assisi zingen: "Geprezen zijt Gij, mijn Heer, voor al uw schepselen" (vgl. Zonnelied). Laten we samen met de psalmist zingen: "Alles wat adem heeft, loof de HEER!" ( Ps 150:6).
Tragisch genoeg gaat dat mooie lied gepaard met een kreet van angst. Of nog beter: een koor van angstkreten. In de eerste plaats is het onze zuster, moeder aarde, die het uitschreeuwt. Ten prooi aan onze consumeristische buitensporigheid, huilt ze en smeekt ze ons om een eind te maken aan ons misbruik en aan haar vernietiging. Dan zijn er ook al die verschillende wezens die het uitschreeuwen. Overgeleverd aan een “tiranniek antropocentrisme” ( Laudato Si', 68), volledig in strijd met de centrale plaats van Christus in het scheppingswerk, sterven talloze soorten uit en worden hun lofzangen tot zwijgen gebracht. Er zijn ook de armsten onder ons die het uitschreeuwen. Blootgesteld aan de klimaatcrisis voelen de armen des te sterker de gevolgen van de droogte, overstromingen, orkanen en hittegolven die steeds heviger en frequenter worden. Evenzo schreeuwen onze broeders en zusters van de inheemse volkeren het uit. Als gevolg van roofzuchtige economische belangen wordt hun voorouderlijk land aan alle kanten binnengevallen en verwoest, "waardoor een kreet ontstaat die naar de hemel stijgt" (Querida Amazonia, 9). Tot slote is er het pleidooi van onze kinderen. Omdat ze zich bedreigd voelen door kortzichtige en egoïstische acties, schreeuwen de jonge mensen van vandaag het uit en vragen ze angstig aan ons, volwassenen, om al het mogelijke te doen om de ineenstorting van de ecosystemen van onze planeet te voorkomen, of op zijn minst te beperken.
Als we naar deze gekwelde kreten luisteren, moeten we ons bekeren en onze levensstijl en vernietigende systemen aanpassen. Vanaf de allereerste pagina's roept het evangelie ons op tot "bekering, want het koninkrijk van de hemel is nabij" (Mt 3:2); het roept ons op tot een nieuwe relatie met God, en dat houdt ook een andere relatie in met anderen en met de schepping. De huidige staat van verval van ons gemeenschappelijk huis verdient dezelfde aandacht als andere mondiale uitdagingen zoals ernstige gezondheidscrises en oorlogen. “De roeping beleven de behoeders te zijn van Gods werk is een wezenlijk onderdeel van een deugdzaam bestaan. Het is niet iets optioneel en evenmin een secundair aspect van de christelijke ervaring.” (Laudato Si' 217).
Als gelovige voelen we ons nog meer verantwoordelijk om elke dag te handelen in overeenstemming met de oproep tot bekering. Die oproep is niet eenvoudig individueel bedoeld: "de ecologische bekering die nodig is om blijvende verandering teweeg te brengen, is ook een gemeenschappelijke verandering" (ibid., 219). In dit opzicht worden eveneens van de gemeenschap van naties inzet en actie geëist, in een geest van maximale samenwerking, vooral tijdens de vergaderingen van de Verenigde Naties die gewijd zijn aan het milieuvraagstuk.
De COP27-conferentie over klimaatverandering, die in november 2022 in Egypte zal worden gehouden, is de volgende gelegenheid voor iedereen om mee te werken aan de zorg voor de effectieve uitvoering van het Akkoord van Parijs. Ook om die reden heb ik onlangs de Heilige Stoel gemachtigd om namens Vaticaanstad toe te treden tot het VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering en het Akkoord van Parijs, in de hoop dat de mensheid van de 21e eeuw “zal herinnerd worden omdat ze met veel toewijding haar zware verantwoordelijkheden heeeft opgenomen” (ibid., 165). De inspanning om de doelstelling van Parijs te halen om de temperatuurstijging tot 1,5°C te beperken, is behoorlijk veeleisend; het roept op tot samenwerking in verantwoordelijkheid tussen alle landen bij het presenteren van klimaatplannen of meer ambitieuze nationale bijdragen om de netto-uitstoot van broeikasgassen zo snel mogelijk tot nul terug te brengen. Dit betekent het "omvormen" van modellen van consumptie en productie, evenals levenswijzen, op een manier die meer respect heeft voor de schepping en de integrale menselijke ontwikkeling van alle volkeren. nu en in de toekomst. Een ontwikkeling, gebaseerd op verantwoordelijkheid, voorzichtigheid/voorzorg, solidariteit, zorg voor de armen en voor toekomstige generaties. Aan de grondslag van dit alles ligt een verbond tussen mens en milieu, dat voor ons gelovigen een spiegel is die "de creatieve liefde van God weerspiegelt, van wie we komen en naar wie we reizen". De transitie die deze bekering teweegbrengt, mag de eisen van gerechtigheid niet negeren, vooral voor die werkenden die het meest worden getroffen door de gevolgen van klimaatverandering.
Van haar kant zal de COP15-top over biodiversiteit, die in december in Canada wordt gehouden, een belangrijke kans bidden aan de goodwill van de regeringen om een nieuw multilateraal akkoord af te sluiten, om de vernietiging van ecosystemen en het uitsterven van soorten een halt toe te roepen. Volgens de oude wijsheid van het Jubeljaar moeten we "herinneren, omkeren, rusten en herstellen". Laten we, om een halt toe te roepen aan de verdere ineenstorting van de biodiversiteit, ons door God gegeven 'netwerk van het leven', bidden en er bij de landen op aandringen om overeenstemming te bereiken over vier belangrijke principes: 1. een duidelijke ethische basis leggen voor de veranderingen die nodig zijn om de biodiversiteit te redden; 2. het verlies aan biodiversiteit tegengaan, natuurbehoud en samenwerking ondersteunen en op duurzame wijze in de behoeften van mensen voorzien; 3. wereldwijde solidariteit te bevorderen in het licht van het feit dat biodiversiteit een mondiaal gemeenschappelijk goed is dat een gedeelde inzet vereist; en 4. prioriteit te geven aan mensen in kwetsbare situaties, met inbegrip van degenen die het meest worden getroffen door het verlies aan biodiversiteit, zoals inheemse volkeren, ouderen en jongeren.
Laat het me herhalen: "In de naam van God vraag ik de grote extractieve industrieën - mijnbouw, oliewinnng, bosbouw, onroerend goed, agribusiness - om te stoppen met het vernietigen van bossen, wetlands en bergen, om te stoppen met het vervuilen van rivieren en zeeën, om te stoppen met het vergiftigen van voedsel en mensen".
Hoe kunnen we het bestaan van een “ecologische schuld” ontkennen (Laudato Si', 51) die de afgelopen twee eeuwen is opgebouwd door de economisch rijkere landen welke het meest hebben vervuild? Dit vereist dat ze ambitieuzere stappen zetten op COP27 en op COP15. Naast het vastberaden optreden binnen hun grenzen, betekent dit het nakomen van hun beloften van financiële en technische steun aan de economisch armere landen die nu al het grootste deel van de last van de klimaatcrisis dragen. Het zou ook passend zijn om dringend verdere financiële steun voor het behoud van de biodiversiteit te overwegen. Zelfs de economisch minder welvarende landen hebben in dit opzicht aanzienlijke, zij het “gediversifieerde” verantwoordelijkheden (vgl. ibid., 52). Traagheid van anderen kan nooit rechtvaardigen dat we zelf nalaten om te handelen. We moeten allemaal resoluut optreden. Want we bereiken “een breekpunt” (vgl. ibid., 61).
Laten we tijdens deze Scheppingsperiode bidden dat COP27 en COP15 kunnen helpen om de menselijke familie te verenigen (vgl. ibid., 13), om de dubbele crisis van klimaatverandering en de vermindering van biodiversiteit effectief het hoofd te bieden. De aansporing van de heilige Paulus indachtig, om ons te verheugen met hen die zich verheugen en verdriet te hebben met wie verdriet heeft (vgl. Rom 12:15), laten we ons aansluiten bij het verdriet en het gekwelde pleidooi van de schepping. Laten we dat pleidooi horen en er met daden op reageren, zodat wij en toekomstige generaties zich kunnen blijven verheugen in de schepping haar verrukkelijke lied van leven en hoop.
Rome, Sint-Jan van Lateranen, 16 juli 2022
vertaling: Ecokerk