De kerkfabriek van OLV Ter Sneeuw in Borgerhout besliste jaren geleden al om te evolueren naar een Eco-kerk. Als 'early adopters' legden ze o.a. zonnepanelen op het dak van de kerk en investeerden in een nieuwe verwarming. Ecokerk vroeg hen om een evaluatie van hun ervaringen.
Positief is alvast de grote daling van de energierekening. Waar men vroeger een jaarlijkse energiekost had van € 8250, zal dit nu nog € 2500 zijn.
Tenminste als de huidige jaarlijkse kosten en baten ongewijzigd blijven gedurende de 20 jaar waarop men de installatie afschrijft.
De voortdurend wijzigende regelgeving maakte het hen immers niet gemakkelijk om het rendement correct te voorspellen, zo blijkt uit hun uitvoerig en boeiend verslag. Samen met hen hopen we dat er een stabiel juridisch kader op komst is, dat mensen en groepen zekerheid verschaft en hen aanmoedigt om te investeren in groene initiatieven.
- Inleiding
- Een geschikt dak maar waar blijf je met de opbrengst?
- Onze verwarming CO2 neutraal maken met de hulp van groenestrooomcertificaten
- 3,5 cm om een elektrische vloerverwarming te plaatsen
- Geen kamertemperatuur maar wel een minimumtemperatuur
- Break even dankzij groenestroomcertificaten?
- Schaalverkleining en valorisatie van het kerkgebouw via een multifunctionele ruimte in de kerk
- De toekomst van het religieuze gebouw, zone van zin of stilteplek in het stedelijke weefsel
- Een lokale afzetmarkt onder het kerkplein?
Inleiding
Het verhaal van Onze-Lieve-Vrouw ter Sneeuw kerk is getekend door het feit dat er in 2008 al gekozen werd om hernieuwbare energiebronnen te gebruiken. Bovendien diende zich tegelijkertijd een structureel probleem aan met de vloerverwarming op gasolie waardoor de energiebehoefte, wilde de kerk CO2 neutraal worden, meteen beduidend opliep.
Daardoor kon Onze-Lieve-Vrouw ter Sneeuw niet terugvallen op de kleine systemen tot 10 kW, die kunnen werken met een terugdraaiende teller. Deze systemen zijn vergelijkbaar met wat particulieren in hun woningen plaatsen en waarvan de schaal van het systeem zo dicht mogelijk aansluit op het werkelijke stroomverbruik. Groenestroomcertificaten kan je daar niet meer voor krijgen maar de aankoopprijs van de panelen is ondertussen zo drastisch gedaald dat deze kleine systemen hun rendabiliteit niet meer hoeven te bewijzen.
Onze-Lieve-Vrouw ter Sneeuw koos dus voor het grotere system waar een terugdraaiende teller niet meer kon en er dus afzet ter plaatse nodig was of een verkoop via de markt. We werden geconfronteerd met erg veel onduidelijkheid en ook een continu evoluerende regelgeving. Nu, na vijf jaar kunnen we een tussenbalans opmaken, waarvan u het relaas hierna vindt en welke ons noopt tot aanpassingen en ook verder onderzoek.
Naast de zonnepanelen gaan we ook in op de schaalverkleining en verdere valorisatie van het kerkgebouw zelf waardoor andere infrastructuren konden worden opgegeven.
We schetsen ten slotte kort een toekomstperspectief voor onze kerk waarbij ook het zonnedelen van Minister Tommelein mogelijk een nieuwe kans zou kunnen krijgen op het dak van onze kerk.
Een geschikt dak maar waar blijf je met de opbrengst?
Geconfronteerd met een falende en peperdure en moeilijk te hanteren vloerverwarming (8250 € euro energiekost op jaarbasis) stond OLV Ter Sneeuw in 2008 voor de keuze om te laten betijen of te investeren in een nieuwe vloerverwarming die comfortabel te bedienen was, betaalbaar, de esthetiek van de kerkruimte geen geweld aandeed en zo mogelijk CO2-neutraal was.
Omdat zonnepanelen plaatsen toen al gesubsidieerd werd (à rato van 450 euro per certificaat van 1000 kWh) en onze kerk beschikte over een bijzonder geschikt dak met zuidoostelijke oriëntering en hellingsgraad van 22°, werd onderzocht of hernieuwbare energie aanwenden een optie was. Aanvankelijk twijfelden we zelfs tussen een zelfstandig initiatief met de Kerkfabriek alleen of een energiecoöperatie met de buren in de onmiddellijke omgeving. Dat laatste bleek veel complexer en ook het wetgevende kader steunde destijds allerminst dit soort lokale verankering van de energievoorziening. Als Kerkfabriek riskeerden we ook nog onze vrijstelling van onroerende voorheffing te verliezen. Ook de onmiddellijke afzet van de opgewekte energie aan de GSM providers in onze kerktoren bleek niet haalbaar.
We hebben dus een energieleverancier moeten zoeken om ons teveel aan energie af te nemen. Dat werd ELEXYS, die onze energieopbrengsten koopt tegen marktprijzen (rond de 50 euro per MWh). Verwarming heb je echter vooral nodig in de winter wanneer de dagen kort zijn en daardoor ook, potentieel minder zonne-uren. Opslaan tijdens de zomer en inzetten tijdens de koude maanden, daarvoor bestaat nog geen flexibele en betaalbare technologie, hoewel de TESLA-batterij daar wel al een voorafspiegeling van is. ELEXYS is vandaag de energiemakelaar die onze tekorten opvangt en die ons in de winter groene elektrische energie verkoopt aan marktprijzen (rond de 60 euro per MWh). Aangezien we vooral op zaterdag en zondag verwarmen, doen we dat wel tegen het lage weekendtarief.
Onze verwarming CO2 neutraal maken met de hulp van groenestrooomcertificaten
We hebben destijds steun gehad van Chris Derde (Energiecoöperatieve Wase Wind) en van het ECOhuis in Borgerhout. Het Netwerk Rechtvaardigheid en Vrede - Ecokerk bezorgde ons in januari 2010 een energiebesparingsadvies van de hand van Bert Vandeborght. Het is ook via deze consultant van BECO dat we later het lastenboek hebben kunnen opstellen voor de openbare aanbesteding. Ook de Stad Antwerpen heeft in april 2010 ons voorstel nog eens nagerekend en gaf dan groen licht.
We hebben 218 panelen in januari 2011 geplaatst, toen wel zonder steun van de Stad Antwerpen. Het werd een investering in eigen beheer (150.000 euro). Daar kwamen allerlei extra kosten bovenop, zoals het trekken van een speciale kabel naar de dichtstbijzijnde hoofdcabine van het elektriciteitsdistributienet (15.000 euro).
We hebben toen ook beslist het koperen dak te vernieuwen om een degelijke verankering van de panelen zeker te stellen. Daarmee hebben we ook de achilleshiel van onze kerk fundamenteel gecorrigeerd, want datzelfde dak werd al tot driemaal toe door de wind opgetild. Met het gewicht aan zonnepanelen dat er nu op ligt, is dat uitgesloten.
De groenestroomcertificaten komen nu al een vijftal jaren binnen à rato van 330 euro per 1000 kWh. Op jaarbasis verzamelen we ongeveer 45.000 kWh of 14.850 euro. Op zich vertegenwoordigt deze productie/injectie aan elektriciteit ook een marktwaarde van 2.250 euro per jaar.
Aangezien we onze vloerverwarming vanaf juni 2012 elektrisch aandrijven, verbruiken we ook elektrische energie. Enkel de effectieve vieringsruimte wordt verwarmd en dat is minder dan helft van de kerkruimte. We verbruiken meer dan oorspronkelijk gepland. Destijds werd het verbruik geschat op 15.000 kWh, maar we komen uit op 20.000 kWh op jaarbasis. Aan 60 euro per MWh is dat 1200 euro op jaarbasis.
Tot zover het rooskleurige plaatje, want de energiesector is een mijnenveld van onduidelijke regelgeving, distributie- en transportkosten en bovenop taksen. In deze paragraaf vermelden we er slechts twee die samen voldoende zijn om de rendabiliteit te doen kelderen.
Het piekvermogen is veruit de meest dodelijke kost. Een kost die niemand ons ooit voorspeld had, die zelfs nooit vermeld werd en die we ook vandaag nog niet kunnen verklaren. Eerst dachten dat dit verband hield met onze vloerverwarming, maar die staat in de zomer af, dus zouden er maanden zonder piekvermogen moeten zijn. Ondertussen is deze waarde wel al gezakt van 55 naar 49 en blijft ze sindsdien constant, wat resulteert in een kost van 5000 euro per jaar! We vermoeden nu dat dit cijfer te maken heeft met onze 218 zonnepanelen maar dan moeten we besluiten dat groenestroomcertificaten vooral dienen om piekvermogen mee te betalen!
De tweede kost waarover we het moeten hebben, is de energieheffing die ons volgens de laatste berekeningen 1000 euro op jaarbasis gaat kosten.
U zal begrijpen dat, wanneer er luidkeels een verhaal van oversubsidiëring van zonnepanelen wordt verteld, wij dit als Kerkfabriek toch durven nuanceren. Ook wij betreuren uiteraard dat dit zogenaamde “win-win” verhaal tussen kleine energieproducenten en grote energieleveranciers nu meebetaald wordt door de elektriciteitsconsumenten die in dit dossier simpelweg niet betrokken waren.
3,5 cm om een elektrische vloerverwarming te plaatsen
Doordat we geen drempels in de kerk wensten te creëren als gevolg van de nieuwe vloerverwarming in de vieringsruimte, kozen we voor een systeem dat paste in de plaats van de oorspronkelijke betonnen “kerkdallen” van 3,5 cm dikte. Deze werden uitgebroken en de vrijgekomen vloer werd vervolgens geëgaliseerd. Nadien werd daar een speciale isolatielaag van 2 cm op gelegd. Daarop kwam een elektrische mat van 1 millimeter met daar bovenop een keramische tegel van 1 cm.
De vloerverwarming ligt zo onzichtbaar ingebed in onze vieringsruimte. Dit systeem hebben we tegen het advies van zowat alle geconsulteerde ingenieurs in aangelegd, maar geen van hen heeft een klassiek systeem, als we dat al wilden, kunnen voorstellen, dat paste in een laag van 3,5 cm, laat staan dat ze ingingen op de vraag om CO2 neutraal te blijven.
Geen kamertemperatuur maar wel een minimumtemperatuur
Het systeem heeft niet de pretentie de kerk te verwarmen op kamertemperatuur. We zijn tevreden met het breken van de koude. Zo houden we de temperatuur van vloer zelf op 15° Celsius. Bij vieringen of evenementen in de kerk drijven we de vloertemperatuur gedurende een aantal uren op tot 26° Celsius (27° is het maximum). Opnieuw, dit vertaalt zich niet in een kamertemperatuur in de kerk maar vermits de warmte via de vloer komt, ligt de gevoelswarmte iets hoger dan reëel gemeten.
De buitentemperatuur blijft in hoge mate de warmte binnenin bepalen. We zetten geen extra systemen in met warme lucht maar geven met het oog op de zondagsviering een extra boost aan het systeem vanaf zondag 6:00 tot 12:30 om een bescheiden maximumtemperatuur te halen tijdens de vieringen.
Op deze wijze handelen we ook een beetje ecologisch, net omdat het niet verantwoord is zo’n grote ruimte, die verder niet geïsoleerd is, te willen verwarmen op kamertemperatuur. Wat we wel doen is een minimumtemperatuur aanhouden in de kerk van 8-7° Celsius, ongeacht of er vieringen zijn of niet. Daardoor vermijden we grote temperatuurverschillen in de kerk en dat is een pluspunt voor het aanwezige meubilair, orgels en kunstpatrimonium. Alvast specialisten van erfgoed vonden dit een verademing tegenover de warmeluchtblazers in andere kerken.
Doordat we slechts een deel van de kerk verwarmen, ervaren we soms een tocht, die we zouden kunnen pareren door een uitschuifbare glazen wand van 2 meter of uitschuifbaar gordijn aan de zijde van de gebedsruimte waar de vloerverwarming ophoudt.
Break even dankzij groenestroomcertificaten?
We hebben de combinatie zonnepanelen en elektrische vloerverwarming nu ongeveer vijf jaar in bedrijf. Tijd voor een tussenbalans. Hieronder geven we de initiële kost weer van de installatie en dan de kosten en baten over 5 jaar. De cijfers komen rechtstreeks uit onze ReligioSoft boekhouding en zijn zeer gedetailleerd. Zie links de MAR codes die gehanteerd worden.
Het laatste cijfer in de tabel (ruim € 50.000), is de voorspelde energiekost die we op 20 jaar tijd zullen hebben. Per jaar is dat ongeveer € 2500. Vergeleken met de jaarlijse € 8250 van vroeger, is dat een sterke daling, en zeker een belangrijk positief gevolg van onze keuze.
De inkomstenzijde beantwoordt volledig aan de verwachtingen met groenestroomcertificaten en de verkoop van de opgewekte energie aan gemiddeld 50 euro per MWh. Goed voor een kleine 80 000 euro over 5 jaar.
De uitgavenzijde tonen de aankoop van elektriciteit tijdens de wintermaanden aan een kleine 18 000 euro over vijf jaar. Het onderhoud en monitoring kost ons maandelijks 30 euro maar eigenlijk blijken zonnepanelen en elektrische vloerverwarming erg betrouwbaar.
Het zijn de distributie- en transportkosten, heffingen, toeslagen en diverse energiekosten die zo buitensporig zijn dat het sop de kool niet meer waard is. Let vooral op het buitenproportionele gewicht van het piekvermogen en de toename van de bijdrage aan het Vlaams energiefonds die ons te wachten staat. Die heffing gaat spectaculair groeien in de komende vijf jaar!
Heel concreet betekent dit dat bij het wegvallen van de certificaten, wij onmiddellijk de zonnepaneleninstallatie zouden moeten stilleggen om verdere belangrijke verliezen te vermijden. Tenzij er een aanpassing van de regelgeving komt die dit soort lokale productie aanmoedigt in plaats van ontmoedigt. Wij zijn zeer benieuwd naar de nieuwe aanpak die Minister Tommelein voorstelt voor dit soort bestaande infrastructuren.
Wij hebben op dit ogenblik onvoldoende onderzocht of een volledige lokale consumptie de distributie- en transportkosten zou kunnen doen stoppen, om van de taksen niet te spreken. Deze tussenbalans is alvast een aansporing om ons gebruik van de installatie te optimaliseren. Toegegeven, op dit moment, kunnen we geen fraai plaatje tonen maar alle alternatieven zijn verre van uitgeput. Met deze realiteit van een Eco-kerk anno 2016 moeten we in dialoog gaan met alle belanghebbenden.
We zouden technisch kunnen onderzoeken of we een deel van de productie toch niet binnenshuis kunnen inzetten, al dan niet met behulp van een Teslabatterij. Zeker in de wintermaanden zou dat een verschil opleveren in de ver- en aankoop van elektriciteit en hopelijk in de afname- en injectiekost. Aan het piekvermogen gaat dat onzes inziens helaas niets veranderen, dit blijft als een zwaard van Damocles boven het project hangen.
Waar we straks ook uitkomen het is ons een troost, dat deze installatie na 20 jaar een dikke 600 ton CO2 reductie gerealiseerd zal hebben. God zal het ons lonen!
Schaalverkleining en valorisatie van het kerkgebouw via een multifunctionele ruimte in de kerk
We hebben onze kerk ook op een andere manier gevaloriseerd en onze ecologische voetafdruk verkleind door de parochiale functies, die vroeger in een aparte infrastructuur een honderdtal meter verder ondergebracht waren, in een afgeslankte vorm in te bedden in de kerk zelf.
Daartoe hebben we een drietal dienstruimten, namelijk het magazijn op het gelijkvloers, het kerkmeester- en misdienaarslokaal gefusioneerd tot één multifunctionele ontmoetingsruimte, met een degelijke keuken en moderne toiletten en gehandicaptentoegang. Ons koor, OKRA, de Kerkraad en ziekenzorg gebruiken deze ruimte om te vergaderen of te repeteren, maar ook een gezellig samenzijn kan nu moeiteloos. Voor de Georgisch Orthodoxe Gemeenschap, die in medegebruik in onze kerk vertoeft, sluit deze zaal ook aan bij hun wijze van vieren.
De Stad Antwerpen heeft ons opgelegd voor deze multifunctionele zaal een gebruiksvergoeding te vragen, zodat dit medegebruik nooit negatief in de begroting van de Kerkfabriek kan figureren maar steeds een batig saldo oplevert. Het is de parochiale VZW die globaal een maandelijkse onkostenvergoeding betaalt en verder het beheer van deze ruimte onder haar hoede neemt.
Helaas staat ook hier de fiscus op de loer. Het is op dit moment bang afwachten of de valorisatie van ons kerkgebouw tot een verlies van onze vrijstelling van onroerende voorheffing gaat leiden. Er werd ons inderdaad een herschatting van ons kadastraal Inkomen betekend van 12.114 euro omwille van “aanzienlijke wijziging” alsof we opgehouden zijn kerk te zijn. Wij hebben alvast protest aangetekend en met de hulp van de Stad Antwerpen een juridisch onderbouwd pleidooi overgemaakt aan de Vlaamse Belastingdienst. De Stad Antwerpen was bij het verlenen van de bouwvergunning van mening dat de geplande herbestemming van deze dienstruimten aansloot bij de kerkelijke functie en had geoordeeld dat deze haar zelfs ondersteunde.
Beide initiatieven, zowel het CO2-neutraal maken van de verwarming van onze kerk als de valorisatie van in de onbruik geraakte ruimten binnen onze kerk, staan onder druk door allerhande taksen die niemand ons op voorhand heeft duidelijk gemaakt en waarover wij zelf niets hebben kunnen vinden in de dan beschikbare informatie. Alleen al de simpele vraag of wij als kerkfabriek konden genieten van groenestroomcertificaten was een hele dobber, waarop de VREG slechts na lang aandringen heeft geantwoord en dan nog bleek er op het laatste ogenblik onzekerheid te bestaan wegens het gebrek aan dakisolatie in onze kerk. Deze eis verviel uiteindelijk omdat er geen permanente bewoning is.
Als kerkfabriek hebben wij al te vaak in het onbekende moeten manoeuvreren en daar komt dan nog de weinig stabiele regelgeving bovenop die ons land zo kenmerkt. Het verwondert ons dan ook niet dat er in Limburg aan een regelluwe zone in verband met energie wordt gedacht. (Energyville)
De toekomst van het religieuze gebouw, zone van zin of stilteplek in het stedelijke weefsel
Toen wij begonnen aan deze projecten was de eerste vraag: voor hoelang nog? Onze geloofsgemeenschap was al erg klein geworden en de bestaande infrastructuur was in dat opzicht toen al disproportioneel en vooral onderbenut. Als het antwoord toen “vijf jaar” was geweest, dan hoefde het eigenlijk niet meer. De facto heeft onze parochie echter gekozen voor oplossingen die op zijn minst 20 jaar ver reiken en met wat geluk dertig jaar.
In deze tijden van herbestemming (lees: “ontwijding”) van kerken is dat een boude keuze. Impliciet hebben we als geloofsgemeenschap daarmee gesteld dat deze stedelijke religieuze ruimte ons mogelijkerwijze zal overleven en dat die infrastructuur niet in verval mag geraken, maar gebruiksklaar moet zijn en blijven voor de zinsnood van de mensen van morgen. Deze kerk werd gebouwd om het dienstbare centrum van een lokale gemeenschap te zijn en te blijven.
Een lokale afzetmarkt onder het kerkplein?
Dit brengt ons bij het laatste hoofdstuk van ons verhaal. Gedurende ongeveer twee jaar hebben wij samen met alle andere operatoren meegedacht over de herinrichting van het plein vóór de kerk, nu een parking en ’s vrijdag marktplaats van de buurt.
We hebben onze kerk toen moeten verdedigen tegen “slopers” die een park wilden aanleggen. Dat klinkt mooi in het extreem verdichte stedelijke weefsel van Borgerhout, maar het verlies aan publieke ruimte lag niet aan een kerk die de erfgenaam is van de kerken die daar al eeuwen stonden. Nee, dat ligt aan de mobiliteitskeuzes van de laatste helft van de twintigste eeuw. Met de keuze voor Koning - Auto - aan - 60 km - per - uur heeft de samenleving destijds de hele publieke ruimte opgeofferd aan het stedelijk autoverkeer. Dat Borgerhout dan ook nog eens middendoor wordt gesneden door de Antwerpse ring maakt dat vooral oud Borgerhout bijzonder misdeeld is met groen.
Ons antwoord daarop hadden we al jaren voordien gegeven via “BorgerhouDt van Mensen”, waarvan we mede-initiatiefnemer waren toen in 2004 het Ringpark boven het doopvont gehouden werd. Dat is niets minder dan de overkapping van de ring in Borgerhout en de vroege voorloper van wat nu Ringland heet. Dan heb je het groen!
Het district Borgerhout schermde vooral met een ondergrondse parking, die het plein vrij zou maken voor een andere invulling dan parking. Er was zelfs een belangrijke budgetreserve opzijgezet. Ondertussen is die reserve elders ingezet en het idee opgeven. De Stad Antwerpen eiste een compensatie voor het aantal geschrapte parkeerplaatsen bovengronds. Wij delen die eis niet en verkiezen de eerder voorgestelde ondergrondse parking, maar dan met het leeuwenaandeel gereserveerd voor autodelen met elektrische auto’s (minstens 50% van de geschatte 100 voorziene parkeerplaatsen) wat voor een veelvoud aan vrijgekomen parkeerplaatsen zou zorgen bovengronds.
We zouden dan onze energie van het zuidoostelijke kerkdak lokaal kunnen afzetten, wat een veel interessantere piste is dan verkopen aan een energieleverancier in het Kortrijkse, en dan hopelijk zonder dodelijke distributie- en transportkosten allerhande. We zouden zelfs de potentiële reserve van het noordoostelijke dak kunnen overwegen mocht het minister Tommelein echt menens zijn met “zonnedelen”.
Het idee van 2008 van de energiecoöperatie zou nieuw leven kunnen worden ingeblazen. We mogen dan niet opnieuw onze kadastrale vrijstelling in gevaar brengen, maar als de buren of het District optreden als trekker, is het misschien een optie om het noordoostelijke dak te exploiteren ten behoeve van diezelfde ondergrondse parking. Zulk een initiatief is na onze eerste ervaring enkel te overwegen als er een regelgeving komt die het lokaal winnen van energie promoot in plaats van deze te bedelven onder allerhande kosten. Het experiment in Onze-Lieve-Vrouw ter Sneeuw heeft dit helaas al te duidelijk aangetoond.
Eric Yperman en Hugo Depoorter,
kerkfabriek OLV Ter Sneeuw